Column: Tijd begint te dringen voor bestrijding Japanse duizendknoop |
|
|
|
Bart van der Hart,
Monday 28 May 2018 |
 |
| 109 sec |
 | Bart van der Hart |
|
|
Invasieve exoten zijn hot: de media schrijven er de laatste maanden steeds meer over. In kranten, vakbladen en tijdschriften komen we namen als de reuzenberenklauw en de Japanse duizendknoop regelmatig tegen. Zo ook vorige maand, toen de resultaten gepubliceerd werden van een groot Brits onderzoek naar de Japanse duizendknoop. De conclusie van de auteurs was even slikken: de invasieve exoot kan volgens hen niet worden uitgeroeid. Hopelijk leidt dit in Nederland ook tot het besef dat de tijd begint de dringen om de Japanse Duizendknoop te bestrijden.
Vanuit mijn werkzaamheden bij Rootbarrier BV constateerde ik twee jaar geleden al dat de Japanse Duizendknoop écht op ons afkomt. De plant verspreidt zich in heel hoog tempo. De gemeente Amersfoort meldt bijvoorbeeld een jaarlijkse oppervlaktetoename van vijftien procent voor deze plant. In de sector worden allerlei oplossingen geopperd: de plant zwakker maken door middel van snoeien, afgrazen door schapen of zelfs het behandelen met glyfosaat per plantensteel. Echter, wat we ook proberen, we krijgen de plant niet uitgeroeid. We moeten daarom investeren in het beheren en beheersen van de Japanse duizendknoop, zodat we verdere besmettingen kunnen voorkomen. Dit was ook de conclusie van eerdergenoemd Engels onderzoek.
Wat mij betreft zijn er twee belangrijke trajecten om de verdere verspreiding van de duizendknoop te bestrijden. Veel partijen zijn al bezig met verschillende testmethoden. Daarnaast is het belangrijk - en daar wacht men te lang mee! - te inventariseren waar de duizendknoop nu al staat: we moeten de duizendknoop herkennen. Iedereen in de natuur moet weten hoe de duizendknoop eruit ziet: van consumenten tot medewerkers in het groen. Groenbedrijven en gemeentes moeten bovendien meer budget vrijmaken om de plant te bestrijden. Nu wordt er vaak gesnoeid, maar via het snoeisel krijg je meer besmetting. Het aantal besmettingen neemt door deze onkunde - die je hen overigens amper kwalijk kunt nemen - nog dagelijks toe.
We beginnen nu ineens te beseffen hoe groot het probleem is en moeten zorgen dat dit niet nog groter wordt. Met symposia kunnen we het probleem onder de aandacht brengen. Daarnaast zou de overheid meer aandacht aan de duizendknoop kunnen geven. Ook particulieren hebben ze immers in de tuin staan.
In de ons omringende landen hebben ze de handdoek al in de ring gegooid. In Engeland heeft de Japanse duizendknoop al voor honderden miljoenen economische schade aangericht. De bestrijdingskosten zijn daar geraamd op 1,5 miljard pond en daarin is de schade aan infrastructuur en vastgoed nog niet meegenomen. In Engeland is er zelfs een wet die voorschrijft dat je een huis niet kunt verkopen als er een Japanse duizendknoop in de tuin staat. Hun boodschap aan ons is dan ook duidelijk: doe er wat aan nu het nog kan! Wij kunnen er nog op tijd bij zijn. Er moet echter nog een hoop gebeuren en een definitieve oplossing is er nog niet. Wel kunnen en moeten we in gesprek om met een gezamenlijke aanpak de plant te beheren en beheersen. Het ontbreekt nu nog aan structuur. Laat die gesprekken de aanleiding zijn om deze exoot op termijn definitief van de kaart te vegen.
Bart van der Hart is werkzaam bij Rootbarrier. In deze column zal hij regelmatig zijn licht laten schijnen over de groene sector met betrekking tot het aanpakken van invasieve exoten.
LOG IN
with your email address to respond.
|
|
|
Er zijn nog geen reacties. |
Tip the editors
|
|
Anyone can place small ads for free through their own account.
Place a free ad
|
|
|
|